PSD3: de weg vrijmaken voor de embedded finance-revolutie

Het voorstel van de Europese Commissie voor de derde Payment Services Directive (PSD3) heeft volgens Finextra voor spanning gezorgd binnen de financiële sector, met name onder liefhebbers van betalingen. Voortbouwend op de fundamenten die door PSD2 zijn gelegd, introduceert deze nieuwe richtlijn een reeks cruciale veranderingen en vorderingen die mogelijk het landschap van innovatie op het gebied van financiële dienstverlening kunnen hervormen. Hoewel volledige implementatie pas in 2026 wordt verwacht, biedt het uitgebrachte rapport een verleidelijke blik op de potentiële toekomst van betalingen.
Een centraal aspect van dit voorstel, en misschien wel het voorstel met onmiddellijke en substantiële implicaties, is de stap naar een gelijk speelveld tussen traditionele banken en niet-bancaire entiteiten als het gaat om het aanbieden van ingebedde financiële diensten . De opkomst van niet-banken in retailbetalingen is duidelijk, en het PSD3-voorstel suggereert dat deze trend de komende maanden en jaren op het punt staat een explosieve golf van kansen te krijgen.
Wat betekent dit precies voor de wereld van embedded finance en hoe moeten organisaties zich schrap zetten voor de komende veranderingen?
De afgelopen jaren is er een aanzienlijke toename geweest in embedded finance-innovatie. Financiële diensten, waaronder leningen, betalingsverwerking, verzekeringen en meer, hebben hun weg gevonden naar niet-financiële bedrijven, ook wel 'niet-banken' genoemd, zoals detailhandelaren, luchtvaartmaatschappijen en autodealers. Op het eerste gezicht lijkt deze integratie misschien niet revolutionair, maar als men de integratie van financiële producten in digitale interfaces in overweging neemt, wordt het potentiële aanbod aan consumenten vrijwel grenzeloos. In wezen wordt het verkrijgen van financiële diensten een naadloze uitbreiding van de dagelijkse digitale ervaringen van consumenten, vergelijkbaar met het aanmelden voor een loyaliteits-app of het kaartschema van een winkelier.
Om deze overgang soepel te laten verlopen, is het absoluut noodzakelijk dat 'Betalingsinstellingen' (PI) of 'Payment Service Providers' (PSP), externe entiteiten die ingebedde betalingen voor consumenten faciliteren en verkopers helpen bij het accepteren van betalingen zoals PayPal, effectief aanwezig zijn. Hierdoor kunnen consumenten communiceren met embedded finance, terwijl organisaties naadloos de vereiste embedded finance-opties kunnen integreren.
In deze context kunnen niet-bancaire entiteiten de cruciale volgende stappen zetten om financiële diensten zoals leningen, betalingsverwerking of verzekeringen in hun aanbod te integreren, zonder dat ze hoeven te worden omgeleid naar conventionele financiële instellingen. Deze uitbreiding van hun productportfolio vertaalt zich in nieuwe inkomstenstromen en verbeterde klantervaringen. De begunstigden reiken verder dan de organisaties zelf en omvatten klanten die via één vertrouwd platform toegang hebben tot een breder scala aan diensten.
Er zijn al opmerkelijke voorbeelden, zoals Square's introductie van de 'Square Card'. Voorafgaand aan deze innovatie moesten verkopers dagen wachten om geld op hun externe bankrekeningen te ontvangen, of ze moesten een vergoeding betalen om directe stortingen mogelijk te maken. Met de Square Card worden transacties die op het Square-platform worden verwerkt echter naadloos gerouteerd via de Square-account, waardoor bedrijven onmiddellijk inkomsten kunnen ontvangen.
Momenteel brengt het betreden van het domein van embedded betalingen en embedded finance bepaalde uitdagingen met zich mee, aangezien niet-bancaire betalingsdienstaanbieders een rekening moeten hebben bij een commerciële bank om specifieke betalingsdiensten aan te bieden. Helaas weigeren commerciële banken vaak om rekeningen te openen voor niet-bancaire PSP's, gedreven door zorgen zoals anti-witwascontroles .
Deze onevenwichtigheid tussen traditionele banken en niet-bancaire PSP's kan innovatie in de financiële ruimte belemmeren. PSD3 erkent het groeiende belang van niet-bancaire PSP's sinds de introductie van PSD2 en kijkt opnieuw naar deze kwestie, met als doel ervoor te zorgen dat niet-banken kunnen profiteren van de opkomende kansen. De richtlijn legt strengere eisen op aan banken met betrekking tot diensten aan niet-bancaire betalingsdienstaanbieders, waaronder een mandaat om de weigering van toegang uit te leggen, zelfs tot intrekking van de dienst. Rechtvaardigingen moeten gebaseerd zijn op de specifieke omstandigheden van de betalingsinstelling, met inbegrip van geldige vermoedens van ongeoorloofde activiteiten.
De maatregelen die in de PSD3 worden geschetst, zijn klaar om de betalingssfeer te verbeteren en een rechtvaardiger klimaat te bevorderen voor zowel traditionele banken als niet-banken in hun streven om financiële diensten rechtstreeks aan consumenten en handelaren te leveren. Dit regelgevingskader zal naar verwachting verdere innovatie op het gebied van ingebedde financiering katalyseren, wat aanleiding zal geven tot een toename van partnerschappen tussen banken, technologieleveranciers en distributeurs van financiële producten via niet-financiële platforms. Voor niet-bancaire entiteiten biedt dit een concurrentievoordeel, meer ruimte voor innovatie en een extra inkomstenstroom minus de lasten die gepaard gaan met het runnen van een bank. Consumenten zullen er ook van profiteren, met financiële producten die gemakkelijk toegankelijk zijn op het punt dat ze nodig hebben, waardoor hun reis wordt gestroomlijnd.
Naarmate de ontwerpwetgeving vordert, zullen de Europese Raad en het Europees Parlement het voorstel herzien, met als hoogtepunt overeenstemming over de definitieve tekst. Voor bedrijven is de aanbevolen handelwijze om het regelgevingsdocument nauwgezet te herzien en te beraadslagen over de aanpassingen of innovaties die nodig zijn om een leidende rol op het gebied van digitale betalingsinnovatie en de op handen zijnde embedded finance-revolutie veilig te stellen.